Meer begeleiding bij borstvoeding nodig 

Ruim 70 procent van de vrouwen die borstvoeding geven, stopt hiermee eerder dan gehoopt. Tweederde van hen is hierover teleurgesteld. Dit blijkt uit onderzoek naar (melk)voeding onder 3.871 ouders met een kind tot 1 jaar, dat het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NJC) uitvoerde in opdracht van het Voedingscentrum. 

Daling uitsluitend borstgevoede kinderen

Bij de geboorte van een baby start 53 procent van de moeders met het geven van uitsluitend borstvoeding, zo blijkt uit het blijkt het Rapport Peiling Melkvoeding 2023.  Dit is het laagst gemeten percentage sinds de start van de metingen in 1997. Het percentage borstgevoede kinderen direct na de geboorte varieerde van 75 tot 81 procent in de periode van 2001 tot 2015, en 69 procent in 2018.  

Toename combinatie met kunstvoeding

Naast de baby’s die uitsluitend met borstvoeding gevoed werden, kreeg 23 procent van de baby’s een combinatie van borst- en flesvoeding. Hiermee komt het percentage baby’s dat enige mate van borstvoeding krijgt uit op 76 procent, wat hoger is dan voorgaande jaren. Volgens het rapport is er meer onderzoek nodig naar de redenen voor ouders om borstvoeding (tijdelijk) aan te vullen met kunstvoeding. Baby’s hebben er het meeste baat bij als ze tenminste 6 maanden borstvoeding krijgen. Volgens het rapport geeft na een half jaar nog 31 procent van de vrouwen borstvoeding als enige melkvoeding.

Motivatie om te starten met borstvoeding

Ouders geven aan dat gezondheid de belangrijkste motivatie is om te starten met borstvoeding. Daarnaast wordt contact tussen moeder en baby als reden genoemd. Van de baby’s in hoogopgeleide gezinnen krijgt 65 procent uitsluitend borstvoeding. Bij baby’s uit praktisch- en middelbaar opgeleide gezinnen is dit respectievelijk 46 procent en 49 procent. De gezondheidsverschillen tussen de verschillende opleidingsniveaus worden hierdoor mogelijk nog groter, waarschuwen de onderzoekers.

Redenen om te stoppen met borstvoeding

Uit het rapport blijkt dat 71 procent van de moeders eerder stopt met borstvoeding dan ze hadden gehoopt. De meeste vrouwen die eerder stopten met borstvoeding, zeggen hier teleurgesteld over te zijn. Als belangrijkste stopredenen werden aangegeven dat het de baby niet goed lukte en dat het voeden pijn veroorzaakte. Daarnaast is ook de hoeveelheid melk die de moeder geeft, een reden om (eerder) te stoppen met borstvoeding. Sommige moeders stopten met borstvoeding omdat de baby onvoldoende melk kreeg of omdat er twijfel was of de hoeveelheid voldoende was.  

Hulp bij borstvoeding

De genoemde redenen laten volgens de onderzoekers de noodzaak zien van betere begeleiding en goede voorlichting door onder andere de verloskundige, kraamverzorgende en Jeugdgezondheidszorg. Niet elke ouder blijkt bekend met de hulp die er is. Volgens de onderzoekers kan het helpen als een lactatiekundige toegankelijk is voor ieder die het nodig heeft. Het Voedingscentrum ondersteunt ouders die borstvoeding willen geven met praktische tools als video’s, een stappenplan voor het aanleggen, informatie over het bewaren van borstvoeding en een overzichtskaart met alle mogelijk in te schakelen hulp.  

Bron: Voedingscentrum 

Gepubliceerd op 16 mei 2024

Door Sophie Luderer

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.